6 april 2014

Zwijgen en spreken

Een jaar geleden reden wij met Noa en een neefje naar het zwembad. Noa zei destijds nog niets. Het neefje daarentegen kletste ons de oren van het hoofd. Toen we bij het zwembad aankwamen, zeiden we tegen elkaar: “Stel je voor dat wij over een jaar zo’n kletsend kind op de achterbank hebben! Dat moet prachtig zijn!”

Gisteren reden wij met Noa en Sifra naar Kootwijkerzand. Sifra zei niets. Noa daarentegen kletste ons de oren van het hoofd. Toen we de parkeerplaats opreden, zeiden we tegen elkaar: “Weet je nog dat we ons zo verheugden op een tetterende Noa? Nu hebben we er één!”

Een kletsende peuter is fantastisch. Met kletsende volwassenen ligt dat soms anders. Laatst las ik in Spreuken 17: “Wie kennis van zaken heeft, houdt zijn woorden in. Iemand met inzicht is bezonnen van geest. Zelfs een dwaas die zwijgt, wordt wijs geacht; wie zijn lippen op elkaar houdt, verstandig.” Een wijze les voor een blatend wezen als ik.

Vanmorgen preekte de dominee over een zwijgende Jezus. Jezus zweeg toen Hem onrecht werd aangedaan, toen Hij geslagen werd en toen Hij vals beschuldigd werd. In de Mattheüs Passion klinkt het: “Aber Jesus schwieg stille". Niet uit dwaasheid, niet uit hoogmoed, maar uit liefde.

“Toen betaling geëist werd, werd Híj verdrukt, maar Hij deed Zijn mond niet open. Als een lam werd Hij ter slachting geleid; als een schaap dat stom is voor zijn scheerders, zo deed Hij Zijn mond niet open." (Jesaja 53)

Na de dienst zongen we twee psalmen. De ene psalm was een gebed om te zwijgen als dat moet:

Zet, Heer, een wacht voor mijn lippen,
Behoed de deuren van mijn mond.
Opdat ik mij, tot genen stond,
Iets onbedachtzaams laat ontglippen.

De andere psalm was een belofte om te spreken omdat het moet:

Mijn God, U zal ik eeuwig loven,
Omdat Gij 't hebt gedaan. 

Zwijgen en spreken op het juiste moment. Een hele klus, als je het mij vraagt.