3 april 2013

Boeren en Zuurkool

Ik heb de pech getrouwd te zijn met een 'wat de boer niet kent, dat eet hij niet'-type. Of eigenlijk is hij meer van het type dat slechts een paar dingen erg lekker vindt: frikandellen, macaroni, pannenkoeken met spek, pizza, babi pangang en bolussen. En helaas, hij vindt het niet noodzakelijk deze lijst uit te breiden.

'Uit eten gaan' staat voor hem gelijk aan 'naar een pizzeria of een pannenkoekenhuis gaan'. En als we daar dan weer eens neerstrijken, kiest hij ook nog eens altijd dezelfde pizza en dezelfde pannenkoek. "Ja maar die vind ik gewoon het allerlekkerst!", roept hij uit als ik hem subtiel op de uitgebreide menukaart wijs.

Het probleem is dat hij ook nog eens gelijk heeft. Want als hij tegen zijn zin in en na heel lang zeuren van mijn kant een hapje van mijn pannenkoek proeft, doet hij even alsof hij goed proeft en zegt dan: "Mwah." Zo gaat dat. Altijd.

De boer in kwestie is (geheel vrijwillig overigens) getrouwd met iemand met een iets uitgebreider favorietenlijstje. En nog vervelender voor hem: zij kookt. Dus moet hij regelmatig een bord met pasta-en-gerookte-zalm of aardappels-uit-de-oven verorberen. 't Is geven en nemen hè?

Maar al te lastig maak ik het hem niet hoor. Ik strijk regelmatig met mijn hand over mijn brave kokkinnenhart. Witlof en zuurkool komen mijn winkelwagentje bijvoorbeeld niet in. Geheel om wille van mijn man. Als dat geen liefde is...