18 maart 2013

Heb jij daar poep... hoera!

Ik heb de rare gewoonte om (bijvoorbeeld tijdens het wandelen naar de bushalte, maar ook als ik door winkels struin of op de bank zit) alles wat ik denk hardop tegen Noa te zeggen. Het gaat vanzelf.

Gelukkig vindt ze het niet erg. Althans, daar lijkt het op, want ze blijft stug bomen tellen, met haar ark-vol-houten-dieren spelen of paaseitjes open maken. Ze is het gewend - en ik ondertussen ook.

Vanmiddag liep ik met het lieve kind door de zonneschijn en ik vertelde haar dat de sneeuwklokjes alweer bijna uitgebloeid waren, dat het pannenkoekenrestaurant waarschijnlijk snel weer doordeweeks open ging en dat ik niet moest vergeten brood te kopen. Zulke dingen. Ondertussen kwam ons een meneer met een hond tegemoet. Ik knikte hem vriendelijk toe en ging verder met mijn verhaal over vroeger, toen ik mee deed aan de zwemvierdaagse.

De meneer stopte en vroeg (terwijl hij aan zijn gehoorapparaatje draaide): "Wat zei u?". Ik lachte vriendelijk en zei: "O niets, ik had het tegen haar." Ik zag nog net dat hij, in het voorbijgaan, even in de kinderwagen keek. Alsof hij heel graag die wonderbaby wilde zien die iets van zwemvierdaagses begreep.

Misschien is het inderdaad gek. Mocht je mij in de toekomst verhalen horen vertellen in het schijnbaar luchtledige: dat heeft dus niets van doen met seniliteit. Het is maar dat je 't weet.

Overigens begrijpen kinderen van tien maanden meer dan je in eerste instantie zou denken. Noa wijst meteen in de goede richting als je vraagt waar de lamp is en ze zwaait direct als je haar gebiedt gedag te zeggen. Bijvoorbeeld. Vanmorgen verstond ze me alleen even verkeerd. Toen ik op haar dikke luierkont trommelde en vroeg: "Heb jij daar poep?", stak ze braaf haar armen de lucht in. Ach, "Heb jij daar poep?" lijkt ook wel erg veel op "Hieperdepiep". We zullen het haar maar niet kwalijk nemen.

Sorry, ik houd staken niet zo lang vol.